We waren een dag of zestien in NL. Ik was uitgenodigd samen
met twee andere lokale auteurs een boekpresentatie te geven, dus gingen we wat
eerder terug dan de bedoeling was. Laat ik maar zeggen dat het een gezellige
middag was en dat we een aantal mensen blij gemaakt hebben. Ik had er in ieder
geval geen spijt van, dat we een dag eerder terug waren. Behalve dat het ‘nemen
van Antwerpen’ op een dag door de week een schier onmogelijke opgave is
geworden.
Rond ons pied-à-terre het Bakhuusje was het aanvankelijk
stervenskoud. Een restantje Russische Beer meende juist toen wij er waren weer
langs te moeten komen. Zelfs in zo’n klein huisje had de cv er best een hijs
aan de boel aangenaam te houden. En dan was het in het begin ook nog schipperen
met de ruimte. Daar word ik erg ongeduldig van, dus gingen we voortvarend aan
de slag om ons tiny house optimaal in te richten voor een probleemloos
verblijf. Dat lukte. Het was zelfs een dag warmer dan 10 graden en dus kon ik
de rabatdelen zwart verven tot de verf op was. Ook plaatste D. een schutting,
mooi met de bocht mee en zo ontstond er een fraai terras, waar we paaszaterdag
lekker buiten hebben geluncht met nagenoeg het hele gezin. En bij het Paasvuur
was het ook heel gezellig. Na nog het 50jarig verjaardagsfeestje van de
buurvrouw mee gevierd te hebben zat ons verblijf er weer op. Dit keer mocht de
caravan volgeladen mee. Dat betekent wel een aanmerkelijk langduriger reis,
want echt boven de 100 kom je niet uit. Een eind achter een vrachtwagen hangen
is vaak verstandiger, zeker met forse tegenwind. Want natuurlijk bereik je
voeger of later je bestemming, tenminste als er zich geen calamiteiten
voordoen. En hoe lang je erover doet, is eigenlijk al geen issue meer. Daar
stel je je op in.
Vandaag de boel uitgepakt en ondertussen gewerkt aan P&M
155. Wilde allemaal niet zo vlotten als ik dat wou. Soms heb je van die dagen
dat je ’s ochtends wakker wordt en eigenlijk meteen al weet: dit gaat ‘m
vandaag niet worden. Tikje katterig, na al die drukte nu weer de complete rust.
Nou ja, de wind gierde om het huis, het was weer ouderwets koud en het hout in
de chaudière wilde eerst voor geen meter branden. De was hing ik buiten op met
tintelende vingers van de kou. Onze jongste Smous, Ronja, was dekrijp en het
was zaak haar voortdurend in de gaten houden, want ze wou op zoek naar een
gewillige reu, dus moest het hek gesloten blijven. Gelukkig had ze veel
afleiding aan Tess, de hond van B(r)oer, die op visite kwam en ook loops bleek. Ze hebben vast
van elkaar genoten.
Ik ging maar eens buiten wat doen, volgens D. besteed ik 60%
van mijn tijd voor een beeldscherm. Vind ik zelf ook niet fijn, maar ja. Ik
plantte de frambozen die ik gekregen had van D. en M. en rommelde wat in de
tuin. Het is echt een narcissenfeestje, onze tuin. De bollen komen ieder jaar
met meer op, dit in tegenstelling tot wat je tegenwoordig koopt en na drie jaar
voorgoed verdwenen is. We gingen even dag zeggen bij B(r)oer, die was moe en de
kou en de natheid zat. Er is bijna geen voer meer voor de koeien, op de veel te
natte weilanden groeit het gras onvoldoende, het stro is op of kost kapitalen.
En dan zit ik te miepen in mijn fleecetrui, bodywarmer en
vilten sloffen met genoeg te eten en te drinken en een inmiddels weer gloeiende
chaudière, waar ik net de avondmaaltijd op bereid heb. Ok. Klaar met piepen. Strak een Netflixje kijken, voetjes gestrekt op de poef. Morgen is er weer een
nieuwe dag! En een zonnige, is ons beloofd.
Ook (een van) mijn boeken lezen? Hier vind je ze!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten