We verblijven op een camping in het zuiden van Frankrijk. We treffen het:
in heel Europa boven de Seine is het prachtig weer, wij hebben zeker eerder deze week mogen ervaren dat onze tent écht waterdicht is. Ook als het met
bakken…etc. We hebben de tent vorig jaar
gekocht, Man wil niet aan een (eigenlijk ‘de’, want we hebben er één) caravan
sleuren en bovendien kun je zonder aanhanger sneller in het zuiden zijn, daar
waar het altijd mooi weer is. Vorig jaar testten we onze tent in september in
hetzelfde gebied, de Gard, en maakten we een paar pittig koude nachten mee. Nu
is ons slaapgenot aanmerkelijk verbeterd met luchtbedden mét een dekmatras
erop. De nachten zijn ook iets minder koud. Maar goed. Het blijft kamperen. En
regenen. Dus soms moet ik mezelf er even
aan herinneren waarom ik het ook weer zo leuk vind.
We staan dan wel een
beetje in een hoekje maar ik moet toch zeker twee keer per dag met de honden de
camping over en dan is er genoeg te zien. Natuurlijk zijn er de stellen zoals
wij, maar zij hebben wel een caravan en zitten onder de luifel in de nieuwste
campingstoelen naast elkaar, tafeltje ertussen. De een vult een puzzelboekje in
en de ander leest. Soms gaan ze fietsen en ’s middags staat de rosé al vroeg op
tafel, waardoor ze opeens veel enthousiaster ‘Hallo!’ roepen. Maar als het
regent kunnen ze ook binnen aan tafel zitten. En ’s avonds als ze gaan slapen is hun bed
vast warm en hoeft niet eerst op te drogen door hun eigen lichaamswarmte. En ze
hebben misschien ook wel een kacheltje. Dan heb je de mensen die, een beetje zoals
wij, niet echt met een caravan op pad willen en daarom een heel kleintje
hebben. Een Eribaatje. We hebben wel eens in eentje rondgekeken, zo praktisch
en efficiënt alles! En zo gezellig knus!
Stiekem vinden zij dat ook, want ze zijn voortdurend rond hun huisje aan
het rondscharrelen. Er is altijd wel iets aan te draaien, los te schroeven, op
te hangen en er weer af te halen, je bent zo lekker bezig op de camping. En dit
is nog maar een kleine greep uit het helaas toch wat verschralende aanbod. Aan
mensen in witte campers is niets te beleven. Die zie je namelijk nooit.
Op onze camping doet zich een merkwaardig fenomeen voor:
wellicht omdat hij in een soort kloofje ligt kunnen we de gesprekken die op 50
meter van ons af gevoerd worden woordelijk verstaan. We houden er zelf rekening
mee dat dat andersom misschien ook het geval is. Maar je steekt wel weer het
een en ander op.
Tegenwoordig zie je ook nogal eens alleengaande kampeerders.
Ik trof er gelijk de eerste dag al een op het WIFI terras, hij ging stijf naast
me zitten Facetimen met een dochter waardoor ik ongewenst op de hoogte werd gebracht
van het recente overlijden van zijn vrouw en dat dit de eerste keer dat hij
weer..etc. Eerder die middag had ik hem stiekem uitgelachen omdat hij met zijn
enorme sleurhut niet op het perceeltje paste dat hij uitgekozen had. Zijn
dissel stak geheel door de heg naar het naastgelegen veldje. Nu vond ik hem nog
zieliger, alleen is zo’n immense hut. Want eerlijk, vaak doen ze toch wat
stakkerig aan, die eenzame kampeerders.
Behalve Benny, zullen we hem maar noemen. Toen we vanmiddag net
tijdens een korte droge periode thuiskwamen stond hij schuin tegenover ons, de
beide deurtjes van zijn oude Ford bestelauto open zodat je binnen het met twee
planken in elkaar getimmerde eenpersoonsbed kon zien, zijn forse lijf in een
dertig jaar oud kampeerstoeltje geperst, de blote benen recht vooruit op een
klapkruk. Een beker koffie, dik boek op schoot en ter completering van dit
volkomen benijdenswaardige beeld een grote transistorradio op het
kampeertafeltje naast zich. Ik wist op slag weer waarom ik het toch blijf doen,
kamperen. Alleen die regen. Die mag wel uit.
PS wifi is hopeloos hier. Vandaar even geen foto.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten